WITFOKKER AAN HET WOORD
 

Huib Noordermeer: "Iedereen begint met het dier van een ander"
Door Jeroen de Vries

Uit de verliezershoek komt respect en gebrom. Welk geheim schuilt er achter de prijzen van Noordermeer?
"Ik hoor hier en daar gefluister: Huib koopt z’n kampioenen. Roza A, de Nationaal Kampioen van Utrecht 2005, heb ik als lammetje gekocht. Een lam van goed type. Ik heb het dier altijd goed verzorgd. Daar komt bij: Iedereen is toch ooit met een dier van een ander begonnen."

Huib Noordermeer uit het Zuid-Hollandse Heenvliet vindt dat hij nog maar pas komt kijken in de geitenwereld. Toch kent hij de dieren van jongs af. "Mijn vader was veehouder en ik had altijd een paar geiten. Het was van alles wat.
Toen ik trouwde ging ik in het dorp wonen en was er geen ruimte voor geiten. Ook qua tijd niet. Ik voetbalde en deed aan marathonschaatsen. Pas toen ik negen jaar geleden dit boerderijtje kocht, kreeg ik weer geiten."

De eerste geiten op de boerderij waren geregeld door een familielid. "Op mijn verjaardag stopte er een veewagen voor de deur. Ik heb wat voor je, werd er aan de deur gezegd. Ik wist meteen dat hij geiten kwam brengen. Het waren twee witte en twee bonte. Achter de boerderij had ik een oude kippenschuur. Daar heb ik nog dezelfde dag hekken en ruiven gemaakt."

Huib heeft zijn kennis van vee opgedaan in de koeienwereld. "Ik kom uit een gezin van zeven jongens. Veehouder konden we niet allemaal worden, maar je praat wel een hoop over dieren. Je bent er mee opgegroeid en dan gaat het er niet meer uit."

Zijn eerste dieren waren geen stamboekgeiten. De eerste witte stamboekgeit kocht Huib van een melkbedrijf.
"In de stal liepen verschillende dieren. Eén witte stak er, letterlijk, met kop en schouders bovenuit." Deze geit bleek later Femke 2 van fokker W. de Vries uit Nijeholtpade te zijn. "Ik ontdekte dat pas toen ik, aan de hand van de oornummers, haar gegevens opvroeg. Ze was nog ingeschreven in het stamboek ook!"
Later kocht hij via Pieter Schoenmakers nog Corrie 96B en Roza A van Alting. 

Met deze drie lijnen wil Huib verder fokken. "Het is niet de bedoeling dat ik meer aankopen ga doen. Ik doe nu al een tijdje mee aan de melkcontrole en wil in de toekomst graag eigen bokken gebruiken. Ik hoop de sterkte punten van mijn geiten op die manier samen te brengen: Het mooie type en melkbaarheid van de Corrie’s en de kracht van de Femke’s. Daarnaast krijg ik dan meer uniformiteit in mijn stal."


Huib met Corrie 96B op de keuring in Hellevoetsluis (2005)

Naam: Huib Noordermeer
Woonplaats: Heenvliet, Zuid-Holland
Leeftijd: 41 jaar
Beroep: Hovenier / boomverzorger
Stalnaam: Nooro's
Vereniging: Voorne-Putten
Aantal melkgeiten: 7 stuks
Aantal lammeren: 10 stuks
Eerste Witte geit: Femke 2 (v. Jouke)
Welk jaar: 1997
Beste zelfgefokte Witte geit: Nooro's Femke 5 (v. Siem)
Beste zelfgefokte Witte bok: Nooro's Bob (v. Corrie's Olivier 2)
Beste keuringspresentatie: Nationaal kampioen Utrecht 2005
Hoogst ingeschreven voor AV: 88 punten
Witte voorbeeldgeit: Marijke 63 (P. van Haperen)
Best fokkende Witte bokken in de afgelopen jaren: Hircus Marconi en Corrie's Olivier 2

Vier jaar geleden toog Huib naar een geitenkeuring. "Ik bezocht de keuring in Hellevoetsluis. Hier kan ik ook wel meedoen met mijn geiten, dacht ik."
Huib werd lid van vereniging Voorne-Putten. Aangezien zijn stal nog geen gezondheidscertificaat had, was zijn keuringsdebuut pas in 2003.
"Ik was toch wel gespannen, voor zo’n eerste keuring. Van tevoren heb ik verschillende keuringen bezocht. Bijvoorbeeld van vereniging St. Anna in Brabant, waar Piet van Haperen lid is. Ik heb een boel van andere fokkers opgestoken. Ik bel ook geregeld met Piet. Hij loopt al jaren mee en is altijd bereid om mij advies te geven."

De kippenschuur heeft sinds vorig jaar plaatsgemaakt voor een fraaie geitenstal, die hij na casco oplevering zelf heeft afgebouwd. De geiten staan in ruime hokken in een dikke laag stro. "De dieren blijven schoon doordat ik, naast stro, hennep in de hokken strooi. Dat neemt heel goed op. Zo blijven de hokken droog en schoon. Vlak voor een keuring was ik de geiten goed. De hoefjes houd ik het hele jaar goed bij. Anders voeren voor een keuring doe ik niet. Ik geef de geiten kuilgras, hooi en brok. Hooguit voer ik ze wat extra pulp voor een keuring."

Het voorbrengen is minstens zo belangrijk als de verzorging, volgens Huib. "Je moet je dieren goed kennen. Ieder dier heeft weer andere sterke en minder sterke punten. De sterke punten moet je in de ring zien te accentueren en de minder sterke punten moet je proberen te camoufleren. Dat vergt wel enige training."


Huib in de stal

Nationaal kampioen 2005: Roza A

 

Selecteren doet Huib niet aan de hand van keuringen. "Ik vind wel dat er goed gekeurd wordt, maar ik wil het ook wel eens anders zien. Vooral lammeren zijn tijdens keuringen moeilijk te beoordelen. Zo hebben ze eens een lam van mij achteraan geplaatst, terwijl de 1A, ook van mij, de mindere was."

De laatste jaren is Huib zich steeds meer gaan verdiepen in bloedlijnen. "Dat was tot voor kort een onbekend terrein voor mij. Via een lid uit de buurt heb ik een stapel oude Geitenhouders, jaarverslagen en fokboeken gekregen. Na deze vakliteratuur te hebben doorgespit, ben ik aardig op de hoogte van de achtergrond van de meeste geiten. Zo ontdekte ik dat de Corrie’s van Groenveld uit dezelfde lijn stammen als de Aleida’s van Hoekstra. Dat vind ik heel interessant, doordat ik zelf Corrie’s in het hok heb."

De opgedane kennis is van invloed op zijn keuze van dekbokken. "Ik probeer te fokken met bokken uit bloedlijnen die ik interessant vind." De laatste jaren heeft Huib onder meer met Hircus Marconi gefokt. "Deze bok heeft vooral in de uiers verbetering aangebracht bij mijn dieren." Want dat is wat over het algemeen aan Huib z’n dieren schort: "Mijn geiten hebben mooie achteruiers, maar de vooruiers mogen wel wat langer zijn. Ook de benen mogen wel wat sterker."
Huib is wel tevreden over zijn eigen fokkerij. "Ik heb wel het idee dat mijn lammeren beter zijn dan hun moeders."

Of hij deze zomer ook weer zal scoren, weet Huib niet. "Vorig jaar deed ik voor de derde maal aan een Nationale keuring mee. Ging met twee dieren voor het kampioenschap. Dat vond ik al een prestatie op zich. Gezonde strijd, daar hou ik van. Je moet er alles aan doen om jouw dier zo goed mogelijk voor de dag te laten komen. Natuurlijk wil ik winnen, net als iedere fokker. Maar, wanneer je naast de prijzen grijpt, moet je een ander ook wat gunnen."

Dit artikel is verschenen in juli 2006 in "Geitenhouderij"

 

WWW.WITTEGEITEN.ORG