Tsjeppenburster Fred preferent
Rapport
preferentschapsonderzoek 28 september 1996.
Beoordeling bok Tsjeppenburster Fred FF89-327 Ras: Nederlands Witte geit Geboren:
20-02-1989
Vader: Bibi's Hein FV86-948
Moeder:
Tsjepp. Aleida 6 2612-171-3 KS* Fokker:
Comb. Hoekstra, Welsrijp Eigenaar: L. van der Molen,
Boornbergum |
|
Beoordeling dier zelf, op 7 ½ jarige leeftijd:
Best bewaarde, zeer goed ontwikkelde bok met ruime voorhand, beste
middenhand, w.b. welving, diepte en bovenbouw, doch iets
gestopt, zeer goede kruisvorm, gaaf beenwerk met goede koten,
correcte stand, beste beharing.
Goed type, schofthoogte 91 cm.
Levensloop van de bok
De bok zelf is op jonge leeftijd verkocht aan de vereniging "Ons
Belang", Sneek, waar hij in seizoen 1989 en 1990 ter dekking
heeft gestaan, waarna hij via verkoop naar de vereniging Jubbega
verhuisde, alwaar hij ter dekking heeft gestaan in 1991 en 1992.
Na het dekseizoen 1992 is Tsjeppenburster Fred verkocht
aan de heer L. van der Molen te Boornbergum, welke de bok thans
nog in bezit heeft. Naast particulier gebruik is de bok enkele
malen verhuurd geweest. In 1993 heeft de bok zowel te
Boornbergum als op het geitenbedrijf van de familie Rossing te
Gees ter dekking gestaan.
In 1994 heeft de bok zijn diensten verricht bij de
vereniging Quatrebras en in 1995 bij de vereniging Driessum.
Op dit moment staat hij weer gestationeerd bij de heer van
der Molen.
Totaal aantal dekkingen tot en met 28 september 1996: 278
Ingeschreven in register van jongvee: 285 nakomelingen, waarvan
opgenomen in Stamboek per 28 september 1996:
Bokken: 11 voorlopig en 8 definitief.
Geiten: 69, waarvan 8 Bokmoeder.
Vererving exterieur
Algemene indruk: De getoonde dochters van Tsjeppenburster Fred kunnen omschreven worden als: “Redelijk
uniforme groep melktypische dieren van goede ontwikkeling, met
goede uiers, met sterke romp en zeer goed beenwerk”.
Het exterieur van de 20 dochters die beoordeeld zijn, kan in onderdelen als volgt omschreven worden:
|
Kop: |
normaal, sprekend |
Hals: |
goed gevormde
halzen, enkele te bespierd en kort |
Voorhand: |
sterk, met wat
variatie van diep tot smal |
Middenhand: |
sterk, gewelfd en
ruim |
Achterhand: |
ruim, breed,
enkele iets hellend en/of kort |
Benen: |
gaaf met correcte
stand en ruime stap |
Uier: |
in doorsnee van
goede kwaliteit, ruim en goed gevormd, enkele wat smal
in de ophanging |
Beharing: |
kort en glad |
Kleur: |
iets wisselend,
van helder wit tot iets kleurafwijking in nek |
Type: |
goed tot zeer goed |
De getoonde geiten waren alle hoornloos cq onthoornd. |
De
drie getoonde mannelijke nakomelingen waren als volgend:
De
eenjarige bok
is van zeer goed type met solide bouw en best beenwerk.
De twee driejarige bokken zijn iets gestopte, vastgebouwde
bokken met goed beenwerk.
Vererving produktie
De gemiddelde produktie van de Friese dochters van Tsjeppenburster Fred is als volgt:
Leeftijd: |
Aantal: |
Kg melk: |
% vet: |
% eiwit |
dagen: |
daggem. |
1 jaar |
10 |
776 |
4.10 |
3.37 |
285 |
2.72 |
2 jaar |
5 |
1310 |
4.15 |
3.23 |
300 |
4.37 |
3 jaar en
ouder |
5 |
1501 |
4.37 |
3.15 |
297 |
5.05 |
Moeder/dochtervergelijking wat betreft produktie:
|
|
Kg melk: |
% vet: |
% eiwit |
dagen: |
daggem. |
eenjarige
dieren aantal: 1 |
dochter:
moeder: |
930
922 |
3.90 3.77 |
3.24 3.10 |
233 296 |
3.99 3.11 |
tweejarige
dieren aantal: 4 |
dochters:
moeders: |
1413 1285 |
4.18 3.76 |
3.22 3.08 |
297 283 |
4.76 4.54 |
Daar de meeste moeders van de Tsjeppenburster Fred-dochters,
welke in Friesland op produktie zijn gecontroleerd, geen
afgesloten melklijst bezitten, is de waarde van een
moeder/dochtervergelijk zeer betrekkelijk. Wat betreft de
eenjarige is eigenlijk geen oordeel te vellen daar het één dier betreft.
Wat
betreft de tweejarigen is er een duidelijke verhoging van zowel
kg melk als van vet/eiwit waarneembaar.
|
|
Tsjeppenburster Aleida 6 2612-171-3
Moeder van Tsjeppenburster Fred |
Corrie 28
FS91-044 Dochter van Tsjeppenburster Fred |
Conclusie
Tsjeppenburster Fred FF89-327 toonde een redelijke uniforme
groep melkrijke dochters van goed tot zeer goed type en
ontwikkeling, met opvallend goede middenhand en beenwerk.
Met
een beste melkgift en goede gehalten, zowel vet als eiwit. Hoewel
de vererving in mannelijke lijn sterker kan zijn, is de
totaalindruk zodanig, dat de commissie het bestuur N.O.G.
adviseert deze bok Preferent te verklaren.
De commissie:
H. Blanken, voorzitter
J.D. Maat, inspecteur Friese Bond
J. van Burgsteden, rapporteur
September 1996
|