UIT DE MEDIA

 

De passie van Simon van der Paauw

Van je hobby je werk maken; Simon van der Paauw lijkt het te hebben uitgevonden.
Sinds zijn negende is hij al graag met geiten bezig. Het zijn volgens hem gewoon heel mooie dieren.
Dat gezegd is het niet heel verwonderlijk dat hij nu keurmeester is.

Rond zijn twintigste ontwikkelde geiten- en melkveehouder Simon een passie voor keuringen.
Toen hij lid werd van een geitenfokvereniging moest hij zelf ook meedoen. “Ik kreeg steeds vaker te horen dat ik ook keurmeester moest worden. Ik dacht bij mezelf: ‘Ja leuk, maar wat moet ik daar dan voor doen?’
Uiteindelijk heb ik twee jaar met juryleden meegelopen op keuringen om inzicht te leren krijgen.
Daarna heb ik examen gedaan op de praktijkschool en toen ik dat met goed gevolg afrondde mocht ik mezelf keurmeester noemen.
Dat ben ik nu al dertig jaar met veel plezier!”

En dat plezier zit in het ontmoeten van mensen en het vertellen van een goed verhaal over de dieren.
“Je komt op verschillende plekken in Nederland en het is hartstikke leuk om daar mensen te ontmoeten en te kijken wat voor dieren er rondlopen. Elke dag is weer anders.”
Zo stond hij een tijd terug middenin Alkmaar tussen het winkelend publiek. “Je krijgt dan veel reacties van voorbijgangers. Ik neem dan de tijd mensen iets te vertellen over mijn vak. Je brengt zo mens en dier dichterbij elkaar en haalt het platteland naar de stad.
Dat unieke vind ik erg leuk.”

Zelf heeft hij, toen hij nog meedeed aan geitenkeuringen, ook weleens voor een unieke situatie gezorgd.
“Ik zou met een mooie, witte geit meedoen met het NK. Hij had alleen wat bruine aanslag in zijn witte vacht. Toen heb ik hem wat witter gemaakt met talkpoeder, in de hoop dat niemand dat zou zien.
De keurmeester die langsliep aaide de geit in het voorbijgaan en veegde toen zijn hand af aan zijn broek. Hij heeft toen de rest van de dag rondgelopen met een witte veeg op zijn broek.
Ik stond in de ranking natuurlijk meteen onderaan, maar ik heb wel gelachen!”
Zijn keurmeesterervaring zorgt ervoor dat hij soms op een andere manier naar dieren kijkt dan collega’s. “Ik ben veel bezig met hoe de dieren eruitzien. Je selecteert daarom snel een geit die iets afwijkends heeft.”

Daarnaast lopen op sommige keuringen bokken rond die zijn interesse wekken. “Een jaar of drie geleden heb ik in Friesland een paar bokjes bij iemand besteld, omdat ik vond dat ze er erg goed uitzagen.
Dit blijkt nu een heel groot succes te zijn. Ik melk nu 180 jonge geiten van die bok.” “Ja, de passie zit er gewoon van jongs af aan al in.”

En dit enthousiasme werkt blijkbaar aanstekelijk, want tegenwoordig runt hij de boerderij samen met zijn zoon. Een geitenboerderij is volgens vader en zoon meer dan melken alleen.
GD Schaap & Geit, juli 2017

 

WWW.WITTEGEITEN.ORG